Zijn er verschillende soorten voedingsvezel?

Er zijn verschillende soorten voedingsvezel. Hoewel voedingsvezel de verzamelnaam is voor onverteerbare koolhydraten in onze voeding, wordt er toch een onderscheid gemaakt door de mate waarin ze bijvoorbeeld – alsnog – in de darm kunnen worden afgebroken: fermenteerbare en niet-fermenteerbare voedingsvezels. 

Sommige soorten voedingsvezels worden gefermenteerd door bacteriën die in de darm leven. De stoffen die bij fermentatie vrijkomen, houden de massa in de darm soepel. Zo bevorderen ze de stoelgang. Belangrijk is ook dat deze vrijgekomen stoffen dienen als voedsel voor ‘goede’ bacteriën in de darm. Daarmee leveren ze een bijdrage aan een goede afweer, want deze bacteriën zorgen ervoor dat ziekteverwekkers geen kans krijgen.

Niet-fermenteerbare voedingsvezel heeft een andere functie. Deze vezelsoort vergroot het volume van de darminhoud en bevordert de beweeglijkheid van de darm en daarmee een vlotte stoelgang. Ook geeft deze vezelsoort sneller een vol gevoel en bindt bepaalde stoffen aan zich, zoals cholesterol uit eten. Niet-fermenteerbare voedingsvezel verlaat het lichaam in ongewijzigde vorm.

Vezelrijke voedingsmiddelen, zoals volkorenproducten, peulvruchten, ongeschild fruit en groenten, bevatten vrijwel altijd beide vezeltypes, dus fermenteerbare en niet-fermenteerbare voedingsvezels. Beide dragen bij aan een goede gezondheid. De graankorrel bevat ook beide typen voedingsvezel. Hoewel meer van de niet-fermenteerbare soort. Dat betekent dat brood, waarin ook het buitenste deel van de graankorrel (zemel) is verwerkt, over deze gunstige eigenschappen beschikt.